Het kerstpakket is weer terug naar de traditionele vorm waarin het vroeger door gulle boeren voor hun landarbeiders werd samengesteld. De ‘survival mode’ gaat aan: lekkere (eetbare) en nuttige producten zijn de beste kerstcadeaus in tijden van crisis.
Lang leve het traditionele kerstpakket
Als je samenstellers van kerstpakketten vroeg naar populaire artikelen, dan hoorde je vaak over ‘dingen met een stekker’ en originele belevenissen. Maar het ‘getrut’ lijkt dit jaar voorbij. Geen wellness cadeaubonnen die in een keukenla verstoffen, kerstpakkettenmarktjes met lauwe glühwein of belachelijke gadgets die uiteindelijk toch als doorgeefcadeau dienst kunnen doen, of nog erger: op marktplaats eindigen.
Warmte is dit jaar een belangrijk thema
‘Werkgevers vullen kerstpakketten dit jaar met praktische cadeaus ‘ lees ik vandaag in het FD. Uit een rondvraag onder kerstpakket leveranciers blijkt dat warme dekentjes niet zijn aan te slepen. Ook zitten er vaker levensmiddelen in de kerstpakketten, en de vraag naar cadeaukaarten voor supermarkten stijgt. Eerder deze maand zagen we hoe een ondernemer werd bedolven onder complimenten vanwege zijn nobele gebaar richting medewerkers; als kerstgeschenk mogen alle collega’s hun boodschappen van de maand december declareren. Uit een onderzoek van de Algemene Werkgeversvereniging Nederland, kortweg AWVN, blijkt dat 71% van de werkgevers dit jaar iets extra’s geeft aan werknemers om mogelijke koopkrachtproblemen te verlichten.
Maar waarom is het traditionele kerstpakket in schwung?
Een traditioneel kerstpakket, is een geschenkpakket zoals het kerstpakket van oudsher bedoeld is. We moeten een paar honderd jaar terug in de geschiedenis duiken, om te begrijpen wat dat is. Want de traditie van het kerstpakket, zoals we dat tegenwoordig kennen, is al eeuwen oud.
Het kerstpakket als blijk van waardering
Tot aan het einde van de 18e eeuw leefden de meeste mensen in België en Nederland van de landbouw. Als je geen keuterboer of rijke pachtboer was dan werkte je als dagloner: boerenknechten en boerenmeiden. Kinderarbeid was doodnormaal, maar de kids kregen eerder kost- en inwoning als loon of moesten het weinige dat ze kregen geven aan de kerk of pa en ma. De boerenbevolking vormde het grootste deel van de bevolking en hoe dichter je bij het eigenlijke boerenwerk stond hoe slechter je het had.
Personeel dat bij een boerengezin inwoonde, mocht op tweede kerstdag naar huis om het kerstfeest met hun eigen familie te vieren. Niet alleen hadden zij dan even vrij van het werken op het land, ook kregen ze een mand mee met allerlei lekkere en nuttige zaken voor de familie thuis. Dat maakte het samenzijn met Kerstmis extra feestelijk en het kerstpakket werd daarom gezien als een blijk van waardering voor het gedane werk.
Met de industrialisering hebben fabriekseigenaren in de tweede helft van de 19e eeuw deze kerstpakket traditie overgenomen van de boeren. Om arbeiders tevreden te houden, en misschien om een staking te voorkomen. Tot op de dag van vandaag blijft het geven van een kerstpakket een typisch Nederlandse traditie onder werkgevers.
‘survival mode on’
De C van crisis, niet corona. En er zijn crisis genoeg: de oorlog in Oekraïne, huizencrisis, klimaatcrisis, een eminente recessie, extreme inflatie en torenhoge energieprijzen. Genoeg triggers die de conjunctuuromslag in gang zullen zetten. En met dat vooruitzicht grijpen we graag terug naar een betrouwbare basis, een survival modus.
Bezuinigen?
Dat betekent niet dat het kerstpakket wordt afgeschaft. Als er al wordt bezuinigd, dan is dat eerder op relatiegeschenken dan op kerstpakketten. Want al zijn kerstpakketten niet verplicht, ze lijken bij veel bedrijven een secundaire arbeidsvoorwaarde. Het kerstpakket is in mindere tijden voor werkgevers een kostenpost die je het laatste schrapt, en het is ook het eerste wat je weer oppakt wanneer het financieel beter gaat. Als er iets crisisbestendig is, dat is het wel het kerstpakket. Wel zal de gemiddelde prijs van een kerstpakket – na inflatiecorrectie – dit jaar inzakken.